Ben je heel vaak te laat voor afspraken? Schuif je de wat complexere taken het liefst voor je uit? Eet je vaak ongezond, of worden twee koekjes meestal een hele rol? Blijf je lang in bed liggen terwijl je van alles wilde doen? Dit zijn typische voorbeelden van situaties waarin onze ‘innerlijke saboteur’ aan het werk is. De innerlijke saboteur komt bij ieder mens in bepaalde mate voor. Maar je kunt zijn invloed steeds kleiner maken; daarvoor schreef ik dit blog.

Wie is de innerlijke saboteur en waar komt hij vandaan? 

Net als de ‘innerlijke criticus’ is onze ‘innerlijke saboteur’ een deel van ons dat is ontstaan uit een of meerdere pijnlijke ervaringen in ons verleden. Meestal zijn dit ervaringen uit onze kinderjaren, maar dat hoeft niet per se. De innerlijke saboteur onderscheidt zich o.a. van de criticus doordat hij zich vooral in (destructief) gedrag laat zien. Terwijl de criticus juist de kritische gedachten influistert.

De saboteur ontstaat in een of meer situaties waarin het kind (of de (jong)volwassene) zich in de steek gelaten voelt, meestal door de ouders/verzorgers. Dit kan als heel heftig worden ervaren door het jonge kind, en het weet zich meestal geen raad met de gevoelens die erbij opkomen. Ook weet het op dat moment vaak helemaal niet hoe hij/zij met de situatie zelf om moet gaan.

Waarom het zo lastig is voor kinderen

Omdat kinderen nog geen effectieve manier hebben voor het omgaan met hun angst om in de steek gelaten te worden, reageren ze vaak op een ‘saboterende’ manier. Er is vaak relatief ‘weinig’ voor nodig om hem te laten ontstaan. Hoe kan het zijn dat dit zo gemakkelijk gaat? Een kind heeft nog een relatief klein referentiekader en dito oplossend vermogen. Het is voor de overleving, het welbevinden en het gevoel van veiligheid en geborgenheid nog erg afhankelijk van zijn ouders.

Hoe minder mogelijkheden tot oplossing je hebt, hoe sneller je je machteloos en/of angstig voelt in lastige situaties. Bovendien kan het kind vaak nog niet goed inschatten hoe realistisch de kans op verlating feitelijk is. De angst om alleen achtergelaten te worden kan in principe al ontstaan als het kind zijn ouder/verzorgen een paar minuten kwijt is, terwijl ze elkaar zoeken tussen de kledingrekken van de H&M.

De innerlijke saboteur neemt vaak mettertijd aan kracht af 

Het saboterende gedrag dat we als kind lieten zien blijft meestal deels voortbestaan in het volwassen leven. Wel zie je dat dit gedrag in de tijd vaak minder wordt.

Vanaf ongeveer zestienjarige leeftijd ontstaat wat men in de psychologie noemt een ‘volwassen deel’ in ons. Dit deel is vanaf het ontstaan constant in ontwikkeling, tot het einde van het leven. Met alles wat we ervaren in het leven verzamelen we nieuwe inzichten, wijsheid. Tools en (zelf)liefde, om constructiever en bewuster te kunnen omgaan met de uitdagingen die we tegenkomen. Waardoor het steeds minder ‘nodig’ wordt om op een saboterende manier te handelen.

Wanneer de innerlijke saboteur het overneemt

Toch kun je in je volwassen leven af en toe flink last hebben van de innerlijke saboteur. Zo worden we bijvoorbeeld het grootste gedeelte van de dag aangestuurd door het ‘volwassen deel’ in ons dat verantwoordelijk en wijs handelt. Maar aan het eind van de dag zijn we moe, en ook dat volwassen deel is moe. Het laat dan regelmatig vermoeid de teugels vieren. Dat is natuurlijk het uitgelezen moment voor de saboteur om de teugels over te pakken! Een praktijkvoorbeeld: je bent moe en verlangt naar rust en ontspanning. De voorkeur van het volwassen deel (dat weet wat goed voor je is) zou kunnen zijn:

  • Je gaat lekker een uurtje in de tuin zitten, met gesloten ogen in de zon en je blote voeten in het gras. De telefoon staat op stil want dit uurtje is helemaal van jou. Nu hoef je even helemaal niets. In de ambitieloze stilte merk je dat je ademhaling vanzelf dieper wordt. Langzaam wordt het rustiger in je; gedachten worden minder, en je ontspant steeds meer. ‘Wat is dit lekker,’ denk je.

Is de saboteur aan zet, dan kan het omgaan met het verlangen naar rust en ontspanning er bijvoorbeeld zo uitzien:

  • Je komt thuis, gooit je spullen neer op een willekeurige plek, trekt de kast open en haalt er junkfood uit. En misschien een glas wijn om je gevoel te verdoven en ontspanning te vinden. Je ploft neer op de bank en zet de tv aan. Ondertussen pak je je telefoon en scrollt doelloos langs de feeds van de social mediapagina’s. Verbaasd kijk je een paar minuten later naar de chips-zak, die leeg is. Je was van plan om een gezonde maaltijd te maken, maar daar heb je geen fut meer voor. Je zit vol van de chips, maar hebt toch ook een leeg, ontevreden en uitgeput gevoel.

Wat kunnen we hier zelf mee?

De confrontatie met de innerlijke saboteur leert ons dat er in dát moment ruimte is voor meer zelfliefde. Die zelfliefde betekent in de praktijk bijvoorbeeld dat we goed voor onszelf zorgen. Dat kunnen we weer op verschillende niveaus en manieren doen.

Bijvoorbeeld mild en liefdevol naar onszelf zijn, naar onze behoeftes handelen, voldoende rust nemen. Gezond eten, genoeg bewegen en positief denken. De lat niet te hoog willen leggen voor onszelf. Al voelt dat laatste in combinatie met het stukje ervoor wellicht strijdig met elkaar. Maar ook in die ontwikkeling kunnen we kleine, haalbare stappen zetten de goede kant op.

Ervaren dat we niet (voldoende) van onszelf houden is vaak confronterend en pijnlijk. Onbewust brengt die pijn ons terug naar momenten waarop we ons als kind in de steek gelaten voelden. Dan is het dus des te makkelijker om mee te gaan met het impulsgedrag van de innerlijke saboteur. Om zo ons gevoel van tekortschieten en niet geliefd of gewenst zijn te verdoven met een kortdurende prettige impuls. Het pijnlijke is alleen dat we de situatie(s) van toen eigenlijk juist herhalen door naar de saboteur te luisteren. Waar we ons destijds in de steek gelaten voelden door anderen, laten we nu onszélf in de steek. Au.

Balans is belangrijk

Voor je nu bang bent dat een zak chips in één moeite leegeten een enorme zonde is; tuurlijk niet. Vind ik niet althans. Iedereen geeft wel eens aan dit soort dingen toe en ik denk ook dat dit prima is. Sterker nog: ik zou persoonlijk niet zonder willen, want dan was het leven maar droog en saai. Ik houd van broodbeleg snaaien uit de koelkast, van een glas wijn, of een biertje bij die spannende thriller. Ik houd van Franse kaasjes, leverworst en van chocola met zeezout erop.

Maar net als met zoveel dingen in het leven kan ook hier het woord ‘balans’ ons verder helpen. Snoepte ik de hele dag uit de koelkast onder de smakelijke begeleiding van een fles wijn, zou het bergafwaarts gaan. En rap ook.

Als je eerlijk kijkt naar je eigen gedrag en patronen daarin, dan weet je meestal wel of er een goede balans is. En als die er niet is; dan kun je er in elk geval iets mee doen. Bewustzijn is de eerste stap. Daarna is het belangrijk om te erkennen dat de balans wat jou betreft onvoldoende is. En daarna kun je de keuze maken er al of niet iets aan te gaan doen, en hoe.

Het is een groeiproces; neem de tijd maar zet een stap

Zie het opmerken van je innerlijke saboteur niet als falen, maar juist als een essentiële stap in een steeds doorgaand groeiproces. Daarvoor kun je gerust de tijd nemen, maar zet in elk geval steeds een stapje in de goede richting. Als je hierin  verder wilt ontwikkelen natuurlijk.

Een ongenode gast die zich op momenten van bewustwording heel makkelijk mengt in de conversatie: de innerlijke criticus. Die kan direct gaan lopen roepen dat je een loser bent omdat iets nog niet lukt, of omdat je slecht voor jezelf zorgt. Mijn eigen les hierin is om van bewustwording van destructief gedrag geen mentale pijnbank te maken. Ik wil graag opmerken dat ergens ruimte is voor verbetering, zonder een harde, kritische schooljuf te worden die veroordeelt wat er (nog) niet lukt. De innerlijke criticus is geslepen en inventief; hij vindt makkelijk omweggetjes om toch kritiek te geven. Daar probeer ik naar te kijken en dan relativerend op te merken: ‘Bedankt, ik heb je gehoord, en van hier neem ik het weer over.’

Dit maakt dat ik mezelf kan helpen een positieve verandering door te voeren, in plaats van in een destructieve spiraal te stappen. De innerlijke criticus en saboteur zijn collega’s die elkaar goed kennen en samenwerken. Maar op het moment dat liefde, bewustzijn en een krachtige intentie de manager van de afdeling is, is het prima te doen. Dat betekent dat er lucht, humor, relativering en creatieve sturing is voor twee collega’s die willen muiten, maar daar steeds minder de kans voor krijgen. Hoppa!

Praktische tips hierbij van Susan Anderson

Susan Anderson is een Amerikaanse therapeute die zich al jarenlang toelegt op onderzoek naar en schrijven over de innerlijke saboteur. Die zij overigens ‘outer child’ noemt in haar werk. In een filmpje geeft ze de volgende praktische tips:

  1. Stel jezelf een specifiek doel.
  2. Maak dagelijks een actieplan om richting dat doel te werken.
  3. Doe iedere dag tenminste een of twee dingen om naar dat doel toe te werken.
  4. Merk het bij jezelf op als je innerlijke saboteur in dit project de leiding over wil nemen.
  5. Veroordeel het (of jezelf) niet als je de saboteur tegenkomt. Zeg liever: ‘Oké bedankt, ik heb je gehoord.’
  6. Ga vervolgens niet in het gedrag van de saboteur mee. Bedenk een gezonder alternatief.
  7. Leer steeds meer van jezelf houden.

Verder lezen/kijken over dit onderwerp

innerlijke saboteur; zo kun je ermee om leren gaan

  • Hier kun je het filmpje bekijken waarin Susan Anderson bovenstaand stappenplan wat uitgebreider bespreekt.
  • Als je het interessant vindt om te zien op welke manieren de innerlijke saboteur zich kan manifesteren, kun je hier een checklist bekijken met kenmerken. Ook hier wordt het weer ‘outer child’ genoemd.
  • Susan schreef er ook een boek over ‘Taming your outer child‘, verkrijgbaar als e-book en paperback in het Engels op bol.com (zie link).
  • Mijn eigen advies bij dit thema zou zijn: blijf de liefde voor jezelf voeden en ontwikkelen.
  • Misschien helpen deze tips uit mijn blog daarbij verder.

Veel succes gewenst!