Gelukkig zijn: hoe we onszelf in de weg kunnen zitten. Laat ik ermee beginnen te zeggen dat er niks mis is met het verlangen an sich om geluk te willen ervaren. Ik denk dat ieder doorsnee mens liever geluk ervaart dan pijn. Wel denk ik dat het averechts op ons potentiële geluksgevoel en de algehele kwaliteit van ons leven werkt om permanent gelukkig te willen zijn. Daarover gaat dit verhaal.
Ik denk dat we onszelf heel vaak en keihard voorbij zijn gerend.
Met ons vlindernetje in de hand.
Zo hard achter geluk aan hollend.
Dat we over onze eigen voeten gestruikeld zijn.
En gefrustreerd onze wonden likken.
Onderwijl op onze telefoons kijkend naar social media.
Afleiding zoekend om zo de pijn niet te hoeven voelen.
Al scrollend krijgen we wel het idee dat we de énige zijn met pijnlijke wonden.
Want de rest heeft het zo goed voor elkaar.
Dit is natuurlijk onzin. Niemand heeft het zo goed voor elkaar dat hij constant in een staat van geluk verkeert. (Als je überhaupt denkt dat dit ‘goed voor elkaar is’, daar kom ik zo op terug) Dit is alleen al zo omdat dit universum niet zo werkt; we leven doelbewust in een dualiteit met licht en donker. En vanuit het contrast dat ieder van ons ervaart maken we steeds vernieuwde keuzes, daarmee doen we nieuwe ervaringen en dus kennis op, en zo verruimen en verrijken we constant en voor altijd het individueel en collectief bewustzijn.
Je bent niet de enige die dit voelt
Toch denken veel mensen écht dat ze de enige zijn die ergens tegenaan lopen. Het verwondert me nog regelmatig dat mensen denken dat ze de enige zijn met een specifiek probleem. Vooral aan mijn coachtafel zie ik vaak verbaasde gezichten wanneer ik vertel dat ze daarin niet alleen staan. Daarmee wil ik absoluut niet het probleem van mijn cliënt bagatelliseren. Wel wil ik hem of haar weghalen uit de eenzaamheid van het zelfbedachte isolement van ergens de enige mee zijn. Ik merk dat wanneer de ander weet dat iedereen zoekt, worstelt en veelal met dezelfde dingen, dat het minder eenzaam voelt. En ook zeer belangrijk: dat iemand zijn eigen struggle veel beter kan omarmen en aanvaarden in het besef dat het vaker voorkomt. Het oordeel ‘Ik ben zeker gek, of minder of een loser’ valt daarmee namelijk direct weg.
Heb je het goed voor elkaar als je altijd gelukkig bent? Sommige mensen denken van wel. Tot ik ze het volgende plaatje schets. ‘Stel je voor dat alles op jouw manier gaat. Dat alles precies loopt zoals je had gehoopt. Je leeft in een wereld waar het altijd zomer is. Waar je een eigen zwembad hebt, mensen altijd aardig tegen je zijn en het eten altijd heerlijk is. Waarin je nooit tegenwind hebt op de fiets, je nooit met je verkeerde been uit bed stapt en…’ Ik ga door en kijk ondertussen naar het gezicht van degene tegenover me. Opmerkelijk genoeg duurt het nooit lang voor ze zeggen: ‘Aaaah, stop maar! Dat klinkt vreselijk!’ Grappig he? We streven geluk na, maar het moet ons dus niet constant voor de wind gaan? How come!?
We leven in een wereld vol contrasten
Ik geloof erin dat we voordat we hier op aarde geboren werden, heel bewust naar deze ‘time-space-reality’ kwamen, in de wetenschap dat deze wereld een dualiteit heeft. Op ons eigen hoogste niveau zijn we een eenheid, en immer uitdijend bewustzijn. Maar om nieuwe invalshoeken van dit zelf te leren kennen, kun je niet blijven waar je zit. Je hebt kaders nodig om je tegen af te zetten, en om überhaupt verschil te kunnen zien. Zo heb je ook een springplank van volgens jou minder prettige omstandigheden nodig om een overtuigende sprong te kunnen maken naar een grotere, fijnere beleving van een nieuwe werkelijkheid. Dus we kozen voor contrast, om daar weer uit te kunnen kiezen en verder te leren en ontdekken.
Wil je écht constant gelukkig zijn?
Dus op het moment dat ik het je voorstel dat álle, maar dan ook alle contrast voor altijd wegvalt, dan rijmt dat totaal niet met de missie waarvoor je hier gekomen bent. Dus wil je daar helemaal niet aan op je diepste niveau. Vandaar dat mensen bijna misselijk worden wanneer ik hen een spiegel van ever lasting meewind voorhoud. Je kunt ook niet meer echt genieten van de gelukkige momenten wanneer het een opeenstapeling van gelukkige momenten is. Zo kun je Thaise tempels werkelijk prachtig vinden. Maar na drie tempels te hebben bewonderd zit je domweg aan wat ik noem je ‘tempel-tax’. Het wordt saai. Je hebt het duister nodig om de sterren te kunnen zien. Tegen een achtergrond van wat je niet (meer) wilt, wordt pas zichtbaar wat je (nu) wilt. En hoe graag je iets wilt, en hoe zinvol het dus voelt om daar iets mee te doen. Het bepaalt de kracht waarmee je aan de slag gaat.
Wel kun je tijdelijk eeuwigdurend geluk willen. Vaak in reactie op een pijnlijke, lastige en langer slepende contrastsituatie waar je in zit, en maar niet uit kunt komen. Dan denk je soms vermoeid en radeloos: ‘Kon dit maar stoppen. Kon ik maar altijd in harmonie zijn. Constant rust hebben, niks meer hoeven doen.’ Dat is een moment om hulp te zoeken. Zelf ben ik altijd heel blij dat er altijd mensen rondlopen met een groter perspectief dan het mijne. Zodat ik altijd kan blijven groeien, zelfs als ik het zelf even niet meer weet of het antwoord maar niet kan vinden.
We willen en kunnen niet permanent gelukkig zijn
Maar het is een misvatting dat we constant gelukkig moeten zijn. En in die bijna hysterische jacht op tijdelijk geluk, gaan we allerlei hoogwaardige ervaringen (die niet onder onze noemer ‘geluk’ vallen) uit de weg. Met als gevolg dat we van alles onderdrukken (emoties, onze missie, kwetsbaarheid, authenticiteit, connectie etc.) en die aspecten rechtstreeks naar onze schaduw sturen. Dat is jammer, want het komt er altijd weer uit. En het gaat sneller, soepeler en harmonieuzer als we die aspecten niet eerst wegduwen en tijdenlang onderdrukken.
Er zit veel schoonheid en verdieping in het doorvoelen van diep verdriet. Er zitten grote lessen in het ruimte geven aan onze angst. Het biedt immense ontspanning om van jezelf niet altijd in high spirits (a.k.a. gelukkig zijn) te hoeven zijn en dus een mindere periode of gewoon een onwijze kutdag te mogen hebben. Er zit lucht en ruimte in de tijd nemen om iets niet te weten en dus een tijdje in vertwijfeling te zijn. Je kunt je enorme levenskracht voelen op momenten waarop je woest bent. Je kunt verzachten en nader tot je geliefde komen wanneer je je kwetsbaar durft op te stellen en je tranen toont. Als je durft te vertellen hoe diep iets je raakt en waarom het je zo raakt.
Het gaat om ontspannen in, toelaten van zowel de mooie gevoelens als de gevoelens die een minder populair stempeltje hebben gekregen. Weerstand bieden werkt averechts. Dat is een belangrijke les. Het is het zwemmen tegen de stroom op waar je zo moe van wordt. Het vechten tegen dat wat is. Meestal een staat van zijn, situatie of emotie. Dat is wel een probleem. En onze mind set daarbij.
Oefenen met leven in het contrast, waar we zelf voor kozen
Dit is niet eenvoudig in een maatschappij en tijdperk als de/het onze. We leven niet alleen alsof we constant onze successen en geluk en status moeten maken – met de impliciete maar overduidelijke boodschap dat er anders iets gierend mis is met ons – , we mogen ook zeker het tegenovergestelde niet laten zien.
Want weinig mensen kunnen écht dealen met een antwoord als: ‘Nou, eigenlijk gaat het niet zo lekker.’ We hebben niet geleerd om met onze eigen emoties om te gaan, maar ook niet met die van een ander. Het concept ‘in control’ zijn, heeft in onze maatschappij flinke status. Als ik die even direct vertaal betekent dat dat we van ons menszijn een soort robot-zijn moeten maken. Want net als dat we wel mogen lachen, maar ook echt niet té hard, mogen we wel een paar tranen laten, maar toch echt niet huilen met gierende uithalen. We mogen boos zijn, maar daar geen decibellen aan koppelen, laat staan een schop tegen een tafel geven. Een gefrustreerd moment mag, maar een schreeuw erbij is toch echt ondenkbaar. Voel je hoe we onszelf in een stramien van gecontroleerde en klein gemaakte emoties hebben geduwd?
Wees een gastheer of gastvrouw voor je gevoelens
Daarmee vertekenen we onszelf en de wereld. De verwachting die we hebben van het bestaan, van onszelf, van elkaar, van het leven. We maken het meer roze dan het moet zijn. Waarmee we ruimte voor onszelf wegnemen, maar ook voor anderen om authentiek te zijn. En als we dan toch echt dieper en intenser willen proeven aan geluksmomenten? Dan dienen we de andere kant evenzeer welkom te heten. Dan wordt álles dieper en betekenisvoller. Weg is dan de robot, en in vol ornaat is teruggekomen: de mooie mens, zoals we gemaakt zijn. Zoals Osho het zo mooi zei: ‘Wees een gastheer of een gastvrouw voor je gevoelens.’
Laat het er zijn en laat het voorbij gaan wanneer het zelf klaar is. Weet dat je niet je gevoelens bent, en niet je gedachten. Weet dat je op het hoogste niveau altijd vrij bent. Maar dat je je eigen vrijheid hier op aarde en vanuit je menselijke perspectief steevast inperkt op het moment dat je weer wegloopt van je emoties, angsten, twijfel en chagrijnige dagen – in je vruchteloze klopjacht naar permanent gelukkig zijn.
Onvoorwaardelijke liefde geven aan jezelf
We zoeken onvoorwaardelijke liefde en acceptatie doorgaans buiten onszelf. Eerst van onze ouders, en dan van onze liefdespartners. Maar we krijgen het nooit. Dan blijven we kloppen, totdat we merken dat we het echt niet gaan krijgen. Er zitten altijd voorwaarden aan wat we liefde zijn gaan noemen. Het punt is: we kijken op de verkeerde plek. Want we kunnen dit wel degelijk krijgen, maar dan van onszelf. Ook hier zitten conditioneringen ons in de weg; want vaak willen we niet met onszelf zijn wanneer we ons niet zo fijn voelen. Wanneer we ons verdrietig, boos, eenzaam of gefrustreerd voelen. Dan zoeken we een nooduitgang naar een goed gevoel. Zo snel mogelijk! Maar daarmee geven we ook geen onvoorwaardelijke acceptatie en liefde aan onszelf.
Wees met jezelf zonder voorwaarden. Houd van jezelf ook als het minder goed gaat. Misschien wel juist als het minder goed gaat, omdat je jezelf dan extra nodig hebt. En je in de goede momenten toch niet vlucht van het moment. Weet dat je niet minder waard bent als je in de put zit. Iedereen is zijn eigen onvoorwaardelijke acceptatie waardig.
Hier start het volgens mij met gelukkig zijn
Wat mij betreft start het hier. Dat we onszélf leren welkom heten bij onszelf. Hoe we ons ook voelen. Zodat we geen gevoelens meer hoeven onderdrukken of ontvluchten. Maar de liefdevolle gastvrouw of gastheer kunnen zijn voor alles wat zich in ons laat zien, zoals we daar zolang naar gesnakt hebben vanuit de buitenwereld. Dat we klaarstaan voor onszelf en zo op onszelf kunnen rekenen.
Daarom schrijf en coach ik zo vaak over zelfliefde, zelfcompassie en acceptatie van wat is. In het nu zijn betekent zijn met wat zich aandient zonder je ermee te identificeren. Daarin vinden we de werkelijke ontspanning. En het kan dan weer de schoot worden waaruit een prettiger gevoel geboren wordt. Maar laten we dat niet afdwingen, want dan proberen we alsnog weg te komen van wat zich laat zien.
Leestip bij dit artikel over gelukkig zijn: Teal Swan’s boek ‘Go beyond’.
Hoe ga jij om met de druk op gelukkig zijn? Ik ben heel benieuwd. Leuk als je op dit verhaal reageert. Dat kan hieronder in de comments.
Geef een reactie